Op 4 juli 2023 vond in de Eerste Kamer het plenaire debat plaats over de wetswijziging in artikel 62 van de Geneesmiddelenwet, zoals omschreven in de Verzamelwet of Veegwet VWS. Diverse senatoren hadden vragen over dit onderdeel van de Verzamelwet en minister Kuipers van VWS heeft deze op 4 juli beantwoord.
Vragen van de SP, CU en het CDA (ook namens de SGP) gingen over de aard van de Veeg- of Verzamelwet. De senatoren van deze partijen gaven aan dat in een Verzamelwet alleen technische wijzigingen mogen worden voorgesteld. Volgens de senatoren roept het onderdeel over het invoeren van de IPad-drogist zoveel politieke en maatschappelijke weerstand op en heeft deze wetswijziging zo’n fikse reikwijdte, dat daar een gedegen en gedragen wetsvoorstel voor ingediend moet worden. Senator Tiny Kox van de SP heeft daarom een motie ingediend om het onderdeel over de IPad-drogist in een apart wetsvoorstel te verwerken.
Minister Kuipers houdt vast aan zijn visie dat de wijziging wel degelijk van technische aard is omdat advisering over UAD-geneesmiddelen volgens de minister ‘al sinds jaar en dag op afstand wordt gegeven’ en de ‘onverwachte uitspraak van de Raad van State van 2020 daar een wijziging in heeft aangebracht die met de Veegwet wordt gerepareerd’. “Dit onderdeel van de Veegwet verandert het huidige beleids- en beoordelingskader niet. De onduidelijkheid zit in de omschrijving dat een (assistent)drogist aanwezig moet zijn voor advisering over UAD-middelen. Is dat fysiek aanwezig of ook op afstand bereikbaar? Dat is tot nu toe nooit een punt van discussie geweest.”
Kuipers ontraadt steun voor de motie Kox en wijst op een brief van het CBG die de senatoren gisteren ontvingen: “Het CBG geeft aan dat digitalisering en online advisering over UAD-geneesmiddelen bij het huidige tijdsbeeld passen.” Kuipers waarschuwde de leden van de Eerste Kamer voor de gevolgen van het niet aannemen van de Veegwet: “Als UAD-middelen alleen verkocht mogen worden bij fysieke aanwezigheid van een (assistent)drogist, dan kunnen deze middelen ook niet meer via webshops verkocht worden. Bovendien kan niet elke winkel aan deze eis voldoen in de huidige krappe arbeidsmarkt, wat betekent dat de beschikbaarheid van deze zelfzorggeneesmiddelen in het gedrang komt.”
De senatoren van SP, CDA en CU benadrukken dat zo’n omstreden onderwerp niet in een Veegwet thuishoort. Hendrik Jan Talsma (CU): “De letter van de wet is helder en staat niet open voor meerdere interpretaties. Ik wil de woorden van de minister niet in twijfel trekken, maar de verkoop van UAD-middelen met advisering op afstand is geen praktijk van alledag. De partijen die dit wel deden, handelden in strijd met de wet zoals de uitspraak van de Raad van State ook aangeeft. Als de minister het anders wil zien, is er een apart wetsvoorstel nodig.” Greet Prins van het CDA: “Of het al jaren bestaande praktijk is of niet, laat ik in het midden. Feit blijft dat het een omstreden onderwerp is en dat partijen als medici, patiëntenverenigingen en de Consumentenbond zich zorgen maken over de gevolgen van deze ’technische wijziging’. Daarom moet er een gedegen nieuw wetsvoorstel komen, liefst binnen een algehele visie op de digitalisering in de zorg.”
De Eerste Kamer stemt volgende week, op 11 juli 2023, over de Motie Kox en de Veegwet.