Op 16 juni vond het congres De Staat van Zelfzorg in Nederland plaats, georganiseerd door het Centraal Bureau Drogisterijbedrijven (CBD) en De Eerstelijns. Een diversiteit aan sprekers boog zich over de vraag: hoe zorgen we in Nederland voor onze eigen gezondheid? Key note spreker Marcel Levi liet zich zeer kritisch uit over de voorgestelde wetwijziging van het ministerie van VWS, die de verkoop van zwaardere zelfzorggeneesmiddelen in supermarkt of bouwmarkt mogelijk maakt. Levi: “Ik kan met de beste wil van de wereld niet ontdekken welk probleem hiermee wordt opgelost. Het is een typische VWS-werkwijze; ze hebben een oplossing voor een zaak waar geen probleem is en hebben nooit een oplossing voor echte problemen.”
Key note spreker Marcel Levi, bestuurder, arts en hoogleraar, geeft op zijn eigen wijze inzicht in de staat van de zorg en zelfzorg in Nederland. “Er is een tekort aan zorgprofessionals, we leiden meer mensen op in de zorg dan ooit, maar heel veel medewerkers verlaten de zorg weer. De oplossing moet met name gezocht worden in een andere organisatie van de zorg. De 80 ziekenhuizen in Nederland bieden allen generalistische diensten en nemen zorg op zich die mensen ook thuis of met behulp van een andere professional op kunnen lossen. Alsof je in een sjiek restaurant een broodje hamburger serveert. De ziekenhuizen willen die zorg meer richting huisarts dirigeren; de huisartsen zijn inmiddels overbelast en tegelijk staat de apotheker onder druk. Een oplossing is meer zorg naar de nuldelijn: huisartsen zijn te veel bezig met kleine kwalen die mensen ook met behulp van een drogist aan kunnen pakken. Daar zitten mogelijkheden.”
Binnen zelfzorg heerst in de politiek echter een ‘zoek het zelf maar uit’-mentaliteit, zegt Levi. “Een kwart van de goedgekeurde medicijnen behoort tot zelfzorg en je kan en mag niet verwachten dat de consument daar voldoende vanaf weet en zich met internet en een digitale tablet aan het schap zelf wel redt. Mensen hebben behoefte aan informatie over medicijnen en vinden het lastig om zelf een goede en veilige keuze te maken en dan is menselijk contact noodzakelijk. Zelfzorggeneesmiddelen kunnen namelijk ernstige bijwerkingen hebben als ze op de verkeerde manier worden gebruikt. Het invoeren van de digitale tablet voor advisering over UAD-geneesmiddelen, waardoor het in elke willekeurige winkel verkocht kan worden, is een bijzonder slecht idee van het ministerie van VWS. Ik kan met de beste wil van de wereld niet ontdekken welk probleem hiermee wordt opgelost. Het is een typische VWS-werkwijze, ze hebben een oplossing voor een zaak waar geen probleem is en hebben nooit een oplossing voor echte problemen. Er zullen eerst weer veel ongelukken moeten plaatsvinden, voordat we concluderen dat het een gevolg is van deze verkeerde wetgeving.”
Levi begrijpt dat er onder huisartsen, apothekers en drogisten veel aversie is tegen de invoering van de digitale tablet, maar zou nu voor de tegenaanval kiezen met een goed voorstel. “De drogist hoort niet per se bij het medische systeem maar zit daar wel dicht tegenaan. Ieder neemt zijn eigen gefragmenteerde zorg voor zijn rekening en ik zie eerder een one stop service voor me. Door bijvoorbeeld veel hechter samen te werken met de apotheker in een zelfzorgcentrum kun je drogist, apotheker en huisarts nader samenbrengen. Zo kun je de functie van een ander dekken en overnemen. Zorgverleners moeten zich daarin opstellen als een kameleon en samenwerking tussen drogist en apotheker lijkt me daarin een interessante en kostenbesparende zet. Ik zie een mooie toekomst voor zelfzorg, maar de politiek gaat daaraan geen bijdrage leveren.”
Vanuit de zaal laat een vertegenwoordiger van 113 Zelfmoordpreventie weten dat ook vanuit het oogpunt van medicatiemisbruik meer samenwerking tussen apothekers en drogisterijen heel interessant is. Ook wordt aan Levi de vraag gesteld of hij het idee heeft dat huisartsen inmiddels meer bereid zijn om met drogisten samen te werken. “Twee jaar geleden zou ik gestuiterd hebben bij deze vraag. Maar het water staat bij huisartsen aan de lippen, ze vinden dat veel zorg niet bij hen thuishoort en ik denk dat je daar een heel gewillig oor vindt voor meer samenwerking op het gebied van kleine kwalen.”
Binnenkort volgt op deze site het uitgebreide verslag met de foto’s van het congres.
Foto: Ruth Slotman